Algemeen

Stichting BiodiverStiens duikt de tuin in bij Jetze en Fettje

In deze maandelijkse rubriek gaat Stichting BiodiverStiens langs bij bewuste tuiniers met hart voor de biodiversiteit. Wij kunnen nog veel leren en graag delen we de opgedane kennis met jullie! Ben jij zo’n fanatieke tuinier of ken je er één? Laat het ons weten via biodiverstiens@hotmail.com. Dan nemen we contact op!

“Der binne hjir allegearre bisten, it is ferskriklik genietsjen!”

“Al wat leeft en groeit en ons altijd weer boeit,” herinnert Fettje zich de befaamde woorden van Foppe Brouwer in zijn natuurradioprogramma van de jaren ’50 en ’60. In de tuin van Jetze en Fettje Kalma zijn verschillende zithoekjes, van waaruit je heerlijk kunt observeren. In hartje zomer vanonder de natuurlijke parasol, de treurberk. Hoe de groene specht de mieren opeet, hoe het egeltje een bad neemt in het waterbakje en hoe de meesjes de zonnebloempitjes opeten in de blauwe regenstruik. “En de reeën, dy snoeie ús strûkroazen,” lacht Jetze. Fettje valt bij; “Se ite de frisse útrinners, mar dat groeit wol wer oan. En se ite alle blauwe drúfkes. Sa no en dan sjogge wy in hazze. Der binne hjir allegearre bisten, it is ferskriklik genietsjen!”

Zo’n 33 jaar geleden lieten Jetze en Fettje hun huis aan de rand van het Stienser Heechhôf bouwen. De blubberboel eromheen is na een jaar al omgetoverd tot een bloeiende tuin, omgeven door een mooie boomwal. Her en der staan verschillende groepjes planten en struiken. ‘Ik hâld fan natuerlik yn plak fan kultivearre,’ legt Fettje uit. ‘Wy litte yn ‘e winter alles lizze, want mei de ryp is it sa’n prachtig gesicht!’

Waar de specht zich tegoed doet aan de mieren en de egel slakken opeet, zet het echtpaar Kalma zich op haar beurt ook weer in voor de biodiversiteit. Jetze wijst trots naar het hokje dat hij speciaal voor de egel heeft gemaakt. Fettje laat de strook grond zien waar bijen- en vlinderzaad gestrooid is voor wilde bloemen. Cadeau gekregen narcisjes of krokusjes krijgen steevast een plekje in de tuin. Zo zien we tussen de droge uitgebloeide struikjes van vorig jaar de eerste frisse lentekleuren alweer opduiken.

Terwijl we de tuin doorlopen wijst de vrouw des huizes salvia’s aan, kievitsbloemen, bosviooltjes, vrouwenmantel, look en nog veel meer. Naast de rozenstruik is kattenkruid geplant, want dat is goed voor de rozen. “Dizze kaardebol, dêr meie de putterkes graach op sitte.” We vervolgen onze weg langs de helleborus, schildpadbloem, het leeuwenbekje en de magnolia tot aan de gele theerozen en de naaktbloeiende jasmijn. Waar die laatste geel bloeit in de winter aan de kale naakte takjes zal de rest van de tuin een prachtig kleurenparadijs zijn in de lente en zomer. De heer des huizes heeft zijn eigen afdeling en kweekt alvast wat plantjes in de kas om straks in het moestuintje te planten. Daaromheen bloeien straks de appel- en perenbomen, de kruisbes en zwarte- en rode bessenstruiken. Jetze en Fettje kunnen niet wachten als de wilde tulpen straks weer spontaan her en der in de tuin opduiken. Het moge duidelijk zijn, dit is een tuin die leeft, groeit en b(l)oeit!