Algemeen

Column: Hanstochtelijk pleidooi: geniet!

’t Idee ontstond een kleine maand terug. Dorpsgenoot Wytske had voorgesteld gezellig een hapje te eten samen. Dubbel pret. Allereerst natuurlijk, omdat het weer kan. Daarbij hadden we ook nog eens een heerlijke plek in de zon. Daar zaten we dan; genietend van een hapje en een drankje. 

Kletsend over waar we zoal mee bezig waren. Met wederzijdse belangstelling voor onderwerpen rond welzijn, welbevinden en leefstijl, kwam ons gesprek via (Shiatsu)massage op Wim Hof en koud douchen. Wytske vertelde dat zij en haar vriend weleens een frisse duik in het haventje van Alde Leie namen. Laat ik nou sinds mei vorig jaar standaard koud douchen. Dit na een online mini-masterclass Wim Hof. Hierop opperde zij, dat het wellicht leuk zou zijn om met een groepje te gaan plonzen. En voilà: het idee was geboren! 

 

De naam voor de plonsgroep volgde ook al snel. Inspiratie daarvoor bleek een aantal van mijn date-ervaringen uit het verleden. Toen ik de desbetreffende dates omschreef als ‘zulke bijzondere exemplaren, dat ze op sterk water gezet zouden moeten worden’, keek mijn tafelgenote met een blik van ‘Eureka’. En riep dat dát de naam voor onze appgroep moest zijn: ‘mannen & vrouwen op sterk water’. En zo geschiedde. We hebben er smakelijk om gelachen. Inmiddels blijkt daarmee de toon voor het buitenzwemplezier gezet. De appgroep telt nu ruim 10 ‘Hoffers’. En er komen steeds meer enthousiastelingen bij. Speciale vermelding hierbij voor duifmans Hans, die zich als vooralsnog enige man, staande houdt tussen de groep bikkels van vrouwen. De harde kern, bestaande uit Wytske ‘Kromowidjojo’, Hans, Else en ondergetekende, gaat dagelijks tussen 7.00 en 7.30 uur te water (in het weekend een uurtje later). En koerst dan richting de Balkenendsterbrêge. Ieder op zijn/haar eigen manier. In het tempo dat hem/haar past. Soms kletsend en dan weer in stilte. Voor ons allen staat het genieten centraal. Het zwemmen is voor mij een welkome afwisseling met het hardlopen, dat vanwege een blessure nu even op een laag pitje staat. Zeker geen straf en al helemaal niet met mooi weer. De watertemperatuur in het vaartje is al hoger dan van mijn douchewater. Elke keer als ik in het vaartje lig, verbaas ik me erover hoe anders de wereld er vanaf het water uitziet… Anders en allemachtig prachtig! Wuivend riet met balancerende rietzangers. De gele plomp, een soort van water-minnende boterbloem. En waterlelies, die elke dag hun bloemen wat verder lijken te openen voor ons. Ik kijk genietend rond, het spoor van bellen volgend dat mijn medezwemmers achterlaten. Ik bewonder de vliegkunsten van boerenzwaluwen die over het water scheren om vliegjes te vangen. En van kiekendiefjes die voor visjes gaan. Zo behendig als zij manoeuvreren, zo wonderlijk vind ik het dat eenden kunnen vliegen; hun verhoudingsgewijs bolle buik met iets hoger aan weerskanten kleine vleugels die in vlucht wild wieken. Met onderaan een ducktail die altijd naar beneden wijst, als hangt er een loodje aan. En ver voor de landing al de zwempootjes gestrekt, alsof ze niet kunnen wachten om weer vaste grond onder de vliezen te hebben. Ik zwem op mijn gemak verder. Genietend van een gevoel van gewichtloosheid in het water; ik dobber, drijf en baan me rustig een weg vooruit, terwijl het water om me heen kabbelt. Hoewel we steeds hetzelfde stukje afleggen, ziet het er telkens anders uit; zonlicht en wind trekken in een prachtige samenspel patronen over het water. Een strakblauwe lucht en schapenwolken wisselen elkaar daarbij af. Dat zal later in ‘t jaar wel anders zijn… Baoase van rust, de heropende sauna in Froubuurt die van ons zweminitiatief hoorde, leeft en denkt met ons mee. We hebben van hen een zwemtrap gekregen. Deze heeft inmiddels een nieuwe bestemming aan de steiger bij de Pyp op Ouwe Syl; alsof de trap er altijd al gehangen heeft. Als ’t weer straks bar en boos is, dan hoeven we voor onze dagelijkse plons maar een klein stukje. Dat ter aanmoediging. Met een beetje (Syls) geluk, wacht Auke ons daarna op met een kom erwtensoep. Maar zover is ’t nog lang niet. Eerst nog seumer. Dat die maar lang en heet mag zijn…    

 

Deze column draag ik in liefdevolle herinnering op aan oud-collega tekstschrijver Hans Roemer. Hij overleed 14 juni, een week nadat hij 73 was geworden. Wij deelden de liefde voor taal en het schrijversvak. Nooit heb ik iemand ontmoet die zo oprecht, echt en recht voor z’n (Amsterdamse) raap was. Genieten had hij tot kunst verheven. Dat heb ik altijd bewonderd in hem. En ik heb me erdoor laten inspireren; genieten is verweven met dankbaarheid. Onmisbaar waar het gaat om zingeving en balans. Door zijn grote betrokkenheid, authenticiteit en vermogen tot waarachtig contact, was hij een mens om van te houden. Dat dit z’n ‘meissie’ Anja, zijn kinderen en kleinkinderen en eenieder die hem lief had, maar tot steun en troost mag zijn. Ik wens hen licht, kracht en liefde toe. Rust zacht lieve Hans

 Sanne Verhoef